Index Detail Landdefinitie - Missionarissen van Zutendaal

Geschiedenis, profiel en missies van China

China is dus ruim driehonderd keer zo groot als België, en qua oppervlakte het 4e grootste land ter wereld en het heeft dus ongeveer 120 keer zoveel inwoners als België,
maar de bevolkingsdichtheid is lager, omdat het land zó enorm groot is (grote dunbevolkte gebieden in het westen). Rond 1865 telde China grofweg een kleine 400 miljoen inwoners (na een zware demografische dip door de Taiping-jaren), tegenover ~1,41 miljard vandaag… Na een piek rond 1850 met ongeveer 430 mln zakte het aantal door de Taiping-opstand (1850–1864), hongersnoden en epidemieën met tientallen miljoenen slachtoffers; in de jaren 1860–70 stabiliseerde het terug richting ~370 mln inwoners;

China (kolonisatiecontext, missiegeschiedenis, evolutie, armoede, posten/orden, moeilijkheden)…….

China — in het kort…

China werd nooit volledig gekoloniseerd zoals bv. Congo of Indonesië. Wat er wel aanwezig was waren Vestingkolonies in Macau (Portugees, 1557–1999) en Hongkong (Brits, 1842–1997). Verdragshavens” en invloedssferen (19e–begin 20e eeuw) na de Opiumoorlogen: buitenlandse concessies in o.a. Shanghai, Tianjin, Guangzhou … De Qing-staat bleef bestaan, maar soevereiniteit werd aangetast.

Eerste missionarissen & waarom

Oudste: Nestorianen (Oost-Syrische kerk) onder de Tang-dynastie (missionaris Alopen, 635) – handelsroutes/silk road.
Katholiek (middeleeuwen): Johannes van Montecorvino (1294, Yuan/Mongolen) – kerkopbouw in Khanbaliq (Beijing).
Jezuïeten (late Ming–Qing): Matteo Ricci (vanaf 1582–1601 tot Beijing) – wetenschap/astronomie als brug voor inculturatie aan het hof.
Protestants (nieuw tijdperk): Robert Morrison (1807, Canton/Macau) – eerste protestantse Bijbelvertaling; 19e eeuw brede golf.

Waarom: handelscontacten, hofbenadering via wetenschap, en (vanaf 19e eeuw) openstelling van verdragshavens ? toegang voor zending, onderwijs en zorg.

Hoeveel mensen woonden er “toen”?

Tang (7e eeuw): ~50–80 mln (ruw, fluctuerend).
Late Ming (±1600, Ricci): ~150–160 mln.
Midden 19e eeuw: ~400 mln.
(Richtwaarden; exacte cijfers wisselen per bron en telling.)

Waar lagen de eerste posten?

Jezuïeten: Macau (uitvalsbasis), Zhaoqing/Guangzhou, Nanjing, Beijing (Astronomisch Bureau).
19e eeuw katholiek: Parijs Buitenlandse Missies (MEP), Lazaristen, Franciscanen, Dominicanen in kuststeden en later binnenland (Sichuan, Shanxi, Shaanxi…).
Protestantse zending: start in Canton/Macau/Shanghai; enorme inland-expansie met China Inland Mission (Hudson Taylor, 1865) naar vrijwel alle provincies.

Evolutie tot “hoogtepunt”

1600–1700: jezuïeten bloei (wetenschap, hof), maar Ritencontroverse remt groei.
19e eeuw: grote expansie (kust ? binnenland); scholen, hospitalen, universiteiten.
±1900–1937: hoogtepunt qua aantallen werkers en instellingen; tegelijk spanningen (Boxeropstand 1900).
1949: stichting VRC; meeste buitenlandse missionarissen vertrekken/verwijderd.
1978: religie geleidelijk toegelaten binnen statelijke kaders (Three-Self Protestant Church; Chinese Patriottische Katholieke Vereniging) naast ondergrondse netwerken.

Belangrijkste accenten van het missiewerk

Onderwijs & gezondheidszorg (moderne ziekenhuizen, scholen, universiteiten).
Taal & vertaling (Bijbel in klassiek en volkstaal; woordenboeken, drukkerijen).
Inculturatie (jezuïetenbenadering) vs. latere massazending (19e eeuw).
Sociaal werk (weeshuizen, armenzorg, vrouwenonderwijs).

De armoede door de eeuwen heen:

Keizerlijke tijd: agrarische economie, demografische druk, natuurrampen met cycli van schaarste.
19e–begin 20e eeuw: oorlogen, opstanden (Taiping), ongelijke verdragen en belastingen en wijdverbreide rurale armoede.
Na 1978: snelle groei; grote armoedereductie door industrialisering, urbanisatie en plattelandsreformen (regionale verschillen blijven).

Wat betekende dat voor de missiezendingen? Vaak meer tegenstand…

Politiek/juridisch: ritencontroverse; anti-buitenlandse sentimenten; Boxeropstand; burgeroorlog; na 1949 strikte regulering.
Cultuur & taal: klassiek Chinees vs. volkstalen, talige diversiteit; confucianisme/voorouderverering.
Geografie/gezondheid: afstanden, endemische ziekten; logistiek in binnenland

De Scheutisten waren de eerste Belgische missionarissen met een eigen congregatie speciaal voor China. Hun spiritualiteit: "Ad Gentes" – naar de niet-christelijke wereld. Ze bouwden scholen, seminaries, drukkerijen en ziekenhuizen. China was één van hun hoofdwerken tot 1949; daarna verspreidden ze zich wereldwijd. De Congregatie van het Onbevlekt Hart van Maria (CICM / Scheutisten) en opgericht in 1862 in Scheut (bij Brussel) door Pater Theophile Verbist met als doel vanaf het begin: zending in Noord-China, meer bepaald in Binnen-Mongolië. Enkele van de eerste missionarissen vertrekken vanuit België naar China: Theophile Verbist (stichter), Ferdinand Hamer, François Vranckx, A. De Vos, … Ze bereiken Peking (Beijing) eind 1865, en vestigen zich in Inner-Mongolië (gebied Ningxia–Shaanxi–Chahar). Ondanks de vroege opbouw waren er ook problemen. In 1868 sterft Pater Verbist sterft aan tyfus in Laohukou (Shaanxi). De overlevende Scheutisten zetten de missie voort, en breiden uit naar: Midden- en Noord-China, Binnen- en Buiten-Mongolië en later ook Mantsjoerije (noordoosten).

Het bracht ook risico's met zich mee, veel Scheutisten sneuvelden tijdens de Boxeropstand (1900) o.a. Mgr. Ferdinand Hamer werd gemarteld en gedood. En ook de latere burgeroorlogen en anti-buitenlandse campagnes brachten veel risico met zich mee.

Verdere evolutie

Tegen 1900: honderden CICM-missionarissen in Noord-China.
Na 1949 (Volksrepubliek): allen verdreven; een deel naar Hongkong, Taiwan, Filipijnen, Congo, VS enz.
China bleef echter de historische kern van hun charisma en oorsprong.

► Pater	Albert	Geusens	1915
► Pater	Piet	Geusens	1916

Samenvatting van het ontstaan van het land zelf van één of meerdere Zutendaalse missionarissen ...